10. Een mooie mulata
Als we haar bellen voor een interview, pruttelt ze tegen. ‘In het kader van een boek over Fidel? Waarom ik? Ik ben zangeres, van politiek ken ik niets. Eigenlijk heb ik ook geen tijd, ik ben aan het repeteren.’ ‘Maar het hoeft niet lang te duren,’ proberen wij voorzichtig, ‘en morgenmiddag interviewen we twee meisjes op het kantoor van de Pioniertjes*. Misschien kan het daar?’ ‘O, de Pioniertjes. Dat vind ik leuk. Ja, okee, dat moet wel lukken.’